Leentje van de zee (Peggy of the Sea)

Leentje Van De Zee is een aandoenlijk vissersverhaal. Nadat na een zware storm de zee is gaan liggen, ziet iemand een boei aandrijven waarop een baby zit. Het kind, dat een meisje blijkt te zijn, wordt gered en krijgt als vondeling de naam "Leentje van de Zee" mee. Het meisje groeit op bij arme lieden, bij "een armen onnoozelen strandlooper". Later wordt Leentje het hof gemaakt door een visser, maar hij heeft een rivaal, waar het meisje zich door laat verleiden, "een stedeling, flirter van het ergste soort" - aldus een recensent van toen. Zij luistert met veel genoegen naar de luisterrijke verhalen die hij van de stad vertelt. Er ontstaat een felle tweestrijd tussen de twee mannen om het meisje, waarbij een dode valt en die aanleiding zal geven tot een onverwachte afloop ...

Leentje Van De Zee is een stomfilm uit de tijd toen in Amerika de eerste geluidsfilms tot stand kwamen. Dat was niet de enige tegenvaller die de familie Frijters - François en Anne - overkwam: hun studio in Antwerpen brandde nog uit. Gevolg: na veel moeilijkheden pakten zij met een film uit die het publiek niet meer kon aantrekken, omdat de geluidsfilm de absolute nieuwe sensatie was. De scenarioschrijfster, Anna Frijters, kreeg in 1927 een prijs in Amerika voor het scenario "Peggy of the Sea" - het latere Leentje ... Er werd zelfs een contract aangeboden, maar dat weigerde zij. Zij en haar man wilden immers zelf films gaan maken.

Paul Geens en Jo Vincent, twee 'archeologen van de Vlaamse film' troffen op hun speurtocht naar de eerste Vlaamse Speelfilm, vermoedelijk De Storm des Levens (1920) aan, een film die eigenlijk vrijwel vergeten was: Leentje Van De Zee. Het resultaat van hun research en restauratiewerk is op het Filmgebeuren voor het eerst te zien. Een Vlaams evenement van wereldformaat!
(vrij naar De Standaard, 19 maart 1986)