The Day of the Wacko (Dzień świra)

De film schets een dag in het leven van een 49-jarige leeraar die ontgoocheld is over zijn bestaan. Adas Miauczynski is een gescheiden maar liefhebbende vader, wiens zoon bij zijn ex woont. Deze gefrustreerde intellectuele hypochonder van middelbare leeftijd is ervan overtuigd dat het moeilijkste in het leven is, er voortdurend in slagen de volgende vijf minuten door te komen. Hij is bang van elke nieuwe dag. Hij is geobsedeerd door het getal zeven: hij drinkt zeven slokken water, wast zijn gezicht zeven keer, schept zeven lepels cornflakes in zijn bord. Hij volgt een pillendieet. Na elke dosis drinkt hij zeven slokken water, en likt zijn leppen af na de vierde slok. Hij zoekt de oorzaak van zijn ontevredenheid bij zijn vrienden, zijn ex-vrouw en zijn moeder. Zijn pogingen om iets aan zijn leven te veranderen hebben geen resultaat. Zijn ambitie om gedichten te schrijven wordt gefnuikt door de grasmachine van zijn ene buur, en de voorliefde voor Chopin van zijn andere buur. Het lijkt er sterk op dat hij geen andere keuze heeft dan zich bij de toestand neer te leggen of te ontsnappen. Dit is de geestigste film van Koterski sinds het grote succes van Porno (1990).