09 20 okt. '24

Teodora Ana Mihai over openingsfilm La Civil: “Ik ben geen militante wereldverbeteraar"

Teodora Mihai Portrait
Interview 12 okt. 2021
Bewogen en bevlogen is Teodora Ana Mihai. Net zoals La Civil, haar boeiend en beklijvend speelfilmdebuut waarmee ze de 48ste editie van Film Fest Gent heeft geopend. Haar woorden fascineren evenveel als haar krachtige filmbeelden, die je van begin tot einde aan het scherm kluisteren. Wat een regie! Wat een verhaal! "Ik heb het niet ontdekt," zegt Mihai, "het heeft mij gevonden". Miriam Rodriguez, de echte la civil, zocht mij en mijn scenarist Habacuc Antonio De Rosario op toen we in het Noorden van Mexico een documentaire wilden draaien over de impact van het geweld van de drugsoorlog op kinderen die in die context moeten opgroeien.
21 La Civil gallery1

La Civil is een film over een sterke moeder die slachtofferschap mijdt en terugvecht. Teodora Ana Mihai, een Belgische regisseur met Roemeense roots, laat niemand onberoerd met haar heftig fictiedebuut, dat internationaal grote sier maakte.

Openingsfilm La Civil is nog te zien op wo 13.10 om 14:30 in Kinepolis 1 en op do 14.10 om 22:30 in Kinepolis 6.

Bij Teodora Ana Mihai, geboren in Roemenië en op achtarige leeftijd met haar ouders in België verenigd, staat Mexico al sedert haar tienerjaren op haar radar. Ze beëindigde de twee laatste jaren van haar middelbare studies in San Francisco en leefde er te midden van de uitgebreide Mexicaanse community en bezocht ook Mexico. Dat land veranderde helemaal toen president Felipe Calderon in 2006 openlijk zijn war on drugs afkondigde. Op de korte termijn had die het omgekeerde van het beoogde effect. De binnenlandse toestand verslechterde omdat de strijd tussen drugkartels onderling en tussen drugskartels en het leger naar de straten werd gebracht, met het gevolg dat de gewone burgers er de dupe van werden.

“Toeval of niet,” zegt Teodora Ana Mihai "ik ontmoette in Antwerpen een tiental jaar geleden de Mexicaanse schrijver en scenarist Habacuc Antonio De Rosario die geboren was in het Noorden van Mexico. Zijn teksten gingen over hoe zijn geboorteland aan het veranderen was. Mijn familiariteit met Mexico en zijn observaties leidden tot veel debat en tot lange gesprekken. We kwamen tot de conclusie dat er daar veel verhalen te rapen vielen. Een Mexicaanse reis, zowat negen jaar geleden, was doorslaggevend. Ik kreeg er te horen dat ik best niet na zeven uur het huis waar ik logeerde zou verlaten. Voor mij was het een schok want dat lag zo gigantisch ver van het Mexico van mijn tienerjaren. Tegelijkertijd vond ik het frappant dat de mensen in het Noorden zowat vrede met de oorlogstoestanden hadden gevonden en zelfs in een soort ontkenningsmodus leefden. Want oorlog was er, als je ‘s morgens vertrok, wist je niet zeker of je ‘s avonds thuis zou komen. Er waren geregeld shoot-outs op straat, het geweld kon op elk moment uitbarsten. Het was oorlog maar dan zonder loopgraven. Dat binnensijpelen van het geweld in het leven van de gewone burger wordt trouwens mooi beschreven door Habacuc in zijn eerste roman Sin trincheras (Zonder loopgraven)".

Ik omarm cinema

Ondanks die slechte ervaring, keerde je toch naar Mexico terug.

Dankzij die reis ben ik gaan inzien dat ik hier echt iets mee moest. Ik nam me voor onderzoek te doen, ik wilde me verdiepen in de problematiek en wou daar een documentaire over maken. Ik was toen bezig met mijn documentaire Waiting for August en dacht in diezelfde richting. Niet omdat ik per se een documentairemaker ben, want ik heb fictie gestudeerd. Voor Waiting for August heeft het documentaireformat mij gevonden, ik houd veel van het genre maar ik voel me gewoon een filmmaker en omarm cinema in al zijn vormen.

Hoe kwam het verhaal van Miriam Rodriguez - waarop La Civil gebaseerd is - tot bij jou?

Aanvankelijk wilde ik de Mexicaanse oorlogstoestanden vertellen vanuit het standpunt van de jongeren. Net zoals ik de socio-economische situatie in Waiting for August beschrijf vanuit de 15-jarige Georgiana die voor haar broers en zusters zorgt terwijl hun moeder in Italië werkt. Ik vind de tienertijd fascinerend, ze is een mooie, veelbelovende maar conflictueuze periode in het leven. In Mexico had ik al heel wat getuigenissen verzameld tot ik plots via een gemeenschappelijke vriendin te horen kreeg dat Miriam Rodriguez, die van mijn onderzoek had gehoord, bereid was haar verhaal te delen. Haar dochter was ontvoerd en omdat de autoriteiten haar in de steek lieten, had zij het heft in eigen handen genomen.

Google-garantie

Vanwaar haar vertrouwen?

Zij had mijn naam gegoogeld (lacht). Voor haar was het een soort garantie dat ik niet Mexicaans was, ze veronderstelde dat ik geen verborgen agenda had, geen politieke connecties had noch kartelgerelateerd was. Ze beschouwde mij als een veilige toevlucht en dacht dat ik haar verhaal op een internationaal platform kon tillen. Het is ons gelukt. Ze heeft dat goed gezien, maar niemand kon dat toen weten. Bij ons eerste gesprek lag er een revolver op tafel en dat was haar manier om respect af te dwingen. Tussen mij en Miriam was er een soort vrouwelijke connectie, het klikte. Ik schrok wel toen ze zei dat ze iedere morgen wakker werd met de gedachte “vandaag wil ik doden of sterven”. Woorden die me choqueerden omdat zij dat dreigende profiel niet had. Ze was een mama-figuur, een huisvrouw, iemand bij wie die woorden niet pasten. Dat contrast maakte dat ik wilde weten wat er met haar gebeurd was. En hoe het allemaal in mekaar stak.

Observator

Miriam Rodriguez zorgde er dus voor dat uw standpunt veranderde?

Inderdaad. Na een lange dialoog en na verloop van tijd stelde ik voor om haar in haar dagelijks leven te volgen, in haar dagelijkse strijd. Als documentarist ben ik een observator en ik zou haar in doen en laten als het ware op de hielen zitten. Na twee weken beseften we dat zoiets levensgevaarlijk werd. Miriams relatie met de krijgsmacht konden we zelfs niet met een verborgen camera in beeld brengen want als burger mocht zij daar geen beroep op doen. Wat zij deed was illegaal.

Autoriteiten zagen ons evenmin graag bezig. Ze voelden zich, op zijn zachts gezegd, oncomfortabel bij onze aanpak. En de dreigementen vanuit de kartels werden te concreet.

Om onze veiligheid te verzekeren werkten we met bodyguards maar die hadden op hun beurt hulp ingeroepen van het leger. We vormden dus een klein konvooi als we ergens gingen draaien. Eigenlijk weet je dan dat het in die Noord-Mexicaanse context voor militanten fataal zal aflopen, dat wist Miriam ook. Alleen niet waar, wanneer of hoe. Ik heb veel over voor de kunst maar wou toch liever geen mensenlevens op mijn geweten hebben, not on my watch. Vandaar dat ik in 2016 de ommezwaai maakte van documentaire naar fictiefilm.

Realiteit loslaten

Heeft Miriam Rodriguez het scenario van de film gelezen?

Neen, ze wist dat we er mee bezig waren. Het was ook geen eenvoudige zaak om al die informatie die we al hadden naar fictie te vertalen. Zoiets is een werk van lange adem. Ik wilde mij liëren aan een lokale schrijver en bood die uitdaging aan Habacuc Antonio De Rosario, die romanschrijver is en nog geen ervaring had als scenarist, maar dat bleek achteraf geen probleem. Hij aanvaardde de challenge en is een uitstekende schrijver, dat is wat telde. Uiteraard zijn er veel scenarioversies gemaakt want we moesten de realiteit waarin we zaten, loslaten. In een bepaalde voorlopige versie werd het hoofdpersonage neergeschoten. Ik vertelde dat aarzelend aan Miriam en ze lachte dat weg. Enkele maanden later op Moederdag 10 mei 2017 was het zover. Zoiets blijft aan je plakken.

Titel als statement

Mogen we de filmtitel, La Civil (De burgervrouw) als een statement interpreteren?

Vast en zeker. Want in Mexico zijn het de burgers die het werk doen, hoewel dat niet aan hen is - of toch niet zou mogen zijn - om op te treden tegen de kartels. Gevoelens van onmacht, apathie en corruptie bij de autoriteiten maken dat talloze moord- en ontvoeringdossiers onopgelost blijven. Mensen die echt bezorgd zijn, echt willen weten hoe de zaken in mekaar steken worden detectives, vormen op hun beurt milities en een soort van leger. Cielo, het hoofdpersonage in La Civil is niet enkel Cielo. Ze is niet alleen geïnspireerd op Miriam maar is een metafoor en een symbool voor de vele families die meemaken wat zij meemaakt. Cielo vertegenwoordigt velen.

Schrik om te acteren?

Was de casting een moeilijk proces? Zat de schrik er niet een beetje in om zich voor dat gevoelig liggend onderwerp te engageren?

We hebben daarover met de acteurs en de actrices gesproken maar uiteindelijk gaf het urgente karakter van het onderwerp de doorslag. Iedereen voelde de noodzaak om met dat verhaal naar buiten te komen. Het is er een dat velen kennen en soms is de nood er om er iets aan te doen. Vergeet ook niet dat het om fictie gaat. Cielo is niet gelijk aan Miriam.

Ik vond het wel frappant dat veel mensen van de cast en de crew eigenlijk een persoonlijk verhaal met zich mee droegen en dus de behoefte voelden om aan de film mee te werken. Zo was de oom van een van mijn acteurs vermoord door een drugskartel. Hij had het er heel moeilijk mee en liep tijdens een repetitie weg van de set. Ik was zo bezig met mijn regie en had het maar half opgemerkt. Het was voor mij een confronterend moment maar achteraf zei hij me dat het een heel geloofwaardige scène was. Heel goed gedaan...

Geen wereldverbeteraar

Je werkte in soms aartsmoeilijke omstandigheden zeven jaar aan deze film. Wat hield je op de been? Hulde, bewustmaking?

Ik ben geen militante en ik heb niet de arrogantie om de wereld te verbeteren. Ik denk niet dat ik dat zou kunnen (lacht). Ik draag mijn steentje bij door over onderwerpen te praten die ik relevant vind. Het is aan sommige kijkers in het bijzonder en aan iedere kijker in het algemeen om, ieder op zijn of haar manier, voor beterschap te zorgen. Het is eigenlijk aan de anderen dus, maar ik geef de aanzet. Mijn doel is mensen raken en vandaar uit is alles mogelijk, denk ik.

In Cannes kreeg u alvast de prijs voor de durf. Mooi, maar had het toch net iets meer mogen zijn, reageerden velen.

Ik draai geen films om er prijzen mee te winnen. Ik vond Le Prix de l’Audace een heel mooie prijs. Mensen wisten niet goed wat ze er mee aan moesten omdat het geen conventionele prijs is. Beste regie, beste scenario, beste acteur of actrice, zoiets is duidelijk maar “audace”? Dat Franse woord is moeilijk te vertalen, het is niet enkel durf, niet enkel moed, misschien is het stoutmoedigheid. Het is een complexe term maar hij klopt wel. Film is gebaseerd op iemand die audacieux was en we hebben, in volle coronatijd, op een “audacieuse” manier gedraaid. We hebben alle moeilijkheden getrotseerd. Ik nam de prijs op als een schouderklopje, als een “je hebt iets goeds gedaan”. Uiteindelijk komt het erop aan om je film vanop een platform te delen. Cannes biedt als grootste festival een enorm platform en heeft veel deuren geopend.

Durango een speeltuin

Tijdens het draaien werd de ploeg gelukkig van Covid-19 gespaard. Roerden de drugskartels zich nog?

Neen, want we draaiden een fictiefilm. We kozen ook voor de Durango streek in Mexico, omdat het een regio is die bekend staat om zijn stabiliteit. Het is er enorm mooi, er gaat een western feeling van uit en het licht is er ongelooflijk, het mooiste van heel Mexico. Voor mij en Marius Panduru, mijn DOP (verantwoordelijk voor het camerawerk) was het een speeltuin, een opportuniteit om er te draaien. De plaatselijke autoriteiten investeerden ook in onze productie en garandeerden ons dat we daar konden draaien.

Hoe ben je filmmaker geworden? Wat trok je daarin aan?

Een en ander heb ik aan mijn papa te danken. Hij bracht mij de liefde voor de fotografie en de film bij. Hijzelf wilde fotograaf worden maar in het communistische Roemenië van president Nicolae Ceausescu was dat niet mogelijk voor hem zonder dat hij in de propagandamachine van het regime terechtkwam. Daarom koos hij voor economie en hij emigreerde samen met mijn moeder naar België. Fotografie werd zijn hobby en we keken samen veel naar films. Hij liet me kennismaken met het oeuvre van Andrej Tarkovski, maar daar begreep ik niet veel van. Het bleef wel hangen en ik herontdekte hem toen ik in New York film studeerde. Na mijn humaniora in San Francisco kreeg ik van het New Yorkse Sarah Lawrence College een aanbod dat ik niet kon weigeren. Amerika heeft mij verrijkt.

(De volgende paragrafen bevatten spoilers, n.v.d.r.)

Laat ons toch nog eens naar Cannes terugkeren waar het einde van La Civil druk werd besproken. Vermoedelijk zal dat hier ook het geval zijn?

Ik heb heel bewust voor een open einde gekozen. Ik weet dat ik het de toeschouwers niet makkelijk maak. Ik sleur hen niet alleen mee in mijn straf verhaal maar verwacht bovendien nog dat ze het afmaken (lacht).

Helemaal op het einde reageert Cielo met een bepaalde gezichtsuitdrukking. En dan valt het doek. Wat is er gebeurd? Of wat zal er gebeuren?

Er zijn keuzemogelijkheden waarvan ik, als ze mij worden gevraagd, drie aangeef. Cielo wordt neergeschoten en ze heeft daar vrede mee, want ze is na een meedogenloze strijd toch alles kwijt in haar leven. En zo werd ze in zekere zin herenigd met haar kind. Daartegenover staat dat ik zoiets niet kan maken tegenover Miriam Rodriguez. Een andere mogelijkheid is dat ze haar dochter terugziet. Dit is in realiteit ook mogelijk, want er zijn mensen die van de autoriteiten een stoffelijk overschot terugkregen en nadien toch nog hun kind levend zagen opduiken. Maar het is wel uitzonderlijk, en schoffeer ik dan de mensen niet die niet in dat geval waren? Een derde mogelijkheid is dat Cielo na de verschrikkingen en door haar grote wens om haar dochter terug te zien, in een bepaalde geestestoestand verzeilt en zich haar kind inbeeldt, haar als het ware laat materialiseren. Deze mogelijkheden zijn niet exhaustief...

DSC 4815

Raf Butstraen

Met decennia filmgeschiedenis op de teller is voormalig filmcriticus Raf Butstraen de geknipte man om het laatste filmnieuws te fileren voor Film Fest Gent.

Schrijf je in op onze nieuwsbrief

Wil je op de hoogte blijven van nieuws over het festival, de films en de filmmakers, en onze activiteiten doorheen het jaar?