09 20 okt. '24

'Les Misérables': "Waarom kunnen (of willen) we in Vlaanderen zo'n film niet maken?"

19 2245 gallery 1
Nieuws 12 nov. 2019
Voor de Film Fest Gent On Tour van november kozen we voor de spraakmakende Franse film 'Les Misérables', die vorige maand de 46ste editie van het festival mocht openen en die ook de Franse inzending is voor de Oscars.

‘Les Misérables’ is niet de zoveelste adaptatie van de beroemde epische roman van Victor Hugo, al zijn er wel een paar verwijzingen naar deze literaire klassieker. Zo speelt de film zich af in een wijk waar ook Hugo’s martelaar Jean Valjean vandaan kwam, en is er het feit dat de kloof tussen rijk en arm die de voedingsbodem vormt van de 19de-eeuwse roman, in onze tijd nog altijd even actueel en onrechtvaardig is.

Filmmaker Ladj Ly (41) inspireerde zich voor zijn eerste langespeelfilm op de rellen van 2005 in les Bosquets in Montfermeil, een beruchte achtergestelde wijk in de Parijse banlieue waar hij opgroeide en waarover hij in 2017 al met dezelfde acteurs een César-genomineerde kortfilm maakte.

Dit meeslepend sociaal pamflet begint bedrieglijk vreedzaam bij de Franse overwinning tijdens het WK voetbal van 2018. Rijk en arm, moslim en christen, jong en oud zijn enkele luttele momenten enthousiast met elkaar verenigd, maar helaas is de euforie van de supporters van korte duur. De komende twee uur hangt Ly een beeld op van een verdeeld Frankrijk en meer bepaald van de schrijnende toestanden in de banlieue waar armoede, sociale achterstand, racisme, frustratie, provocaties en politiegeweld een explosieve cocktail vormen.

Langzame escalatie

We bevinden ons slechts enkele kilometers van Parijs, maar toch belanden we in een andere wereld, een van die ‘territoires perdus de la République.’ Aanvankelijk heeft de politie het kat-en-muisspel met jonge delinquenten (kinderen nog) onder controle maar geleidelijk geraken de gemoederen verhit en loopt de vervaarlijke situatie danig uit de hand. De langzame escalatie begint quasi komisch met het verdwijnen van een leeuwenwelpje uit een rondreizend circus, wat tot botsingen leidt tussen zigeuners en zwarte moslims. Om de rust te bewaren gaat de politie op onderzoek uit. We gaan anderhalve dag op patrouille met drie agenten van de anti-misdaadbrigade, twee ervaren rechercheurs en één nieuwkomer die zijn eerste rondleiding krijgt in de woelige buurt waar diverse clans regelmatig op de vuist gaan. Wat de regisseur de gelegenheid biedt om ook de toeschouwer in te wijden in de spanningen, conflicten en gevarenzones die de onervaren politieman ontdekt. Er is niet veel nodig om een situatie onder hoogspanning te doen ontsporen in complete chaos.

Franse Oscarinzending

Les Misérables, de Franse inzending voor de Oscars, is een even ambitieuze als complexe film die minder een aanklacht dan een vaststelling is. De regisseur vergoelijkt de relschoppende boefjes of de soms over hun toeren verkerende ordediensten niet, maar hij gaat ze ook niet diaboliseren. Hij probeert zo neutraal mogelijk de situatie te schetsen en toont de excessen van beide kampen. Zijn evenwichtige benadering betekent ook dat de politiemannen zo eerlijk mogelijk geportretteerd worden, met aan de gemeenplaatsen ontsnappende karaktertekeningen die zowel hun goede of foute kanten belichten en ruimte laten voor nuances. Zo is nieuwe rekruut Stéphane (Damien Bonnard) tegelijk de man met een geweten als de naïeveling, terwijl zijn ervaren collega’s Chris (Alexis Manenti) en Gwada (Djebril Zonga) nog maar weinig illusies koesteren. Maar zelfs de meest brutale van het trio is ook degene die de beste contacten onderhoudt met zelfverklaarde leidersfiguren die er tijdelijk in slagen de rust te doen weerkeren. Grote boosdoener in de film is de sociale onrechtvaardigheid waardoor het dunne sociale weefsel dat de diverse groepen bij elkaar moet houden, gaat scheuren.

De authenticiteit die van deze urgente film uitgaat, is zeker ook te danken aan de vertolkingen van onbekende acteurs die zich volledig inpassen in de voortstuwende dynamiek van de film die één en al actie en beweging is. Ladj Ly regisseert deze kroniek als een oorlogsfilm en gebruikt daarvoor een broeierige cinéma-vérité stijl die de toeschouwer het gevoel geeft dat hij middenin de conflicten zit. Hij maakt fors gebruik van energieke, lange takes en daar waar nodig bevestigt hij ook zijn camera aan een drone om het ‘slagveld’ met de betonnen torens van de toegetakelde woonkazernes te overschouwen en voelbaar te maken dat er aan deze wereld geen ontsnappen mogelijk is.

De Franse banlieue-klassieker ‘La haine’ (1995) van Mathieu Kassovitz en Spike Lee’s ‘Do the Right Thing’ (1989) zijn duidelijk twee films die Ladj Ly inspireerden. Maar ‘Les Misérables’ sluit ook aan bij een realistische traditie van Franse politiefilms die komaf maakt met de mythologie van de policiers uit de jaren vijftig en zestig, die we op zijn zuiverst aantreffen in de films van Jean-Pierre Melville. Films als ‘Max et les ferrailleurs’ (1971) van Claude Sautet, ‘La femme flic’ (1980) van Yves Boisset, ‘Police’ (1985) van Maurice Pialat, ‘L.627’ (1992) van Bertrand Tavernier, ‘Le petit lieutenant’ (2005) van Xavier Beauvois, ‘Polisse’ (2011) van Maiwenn zijn voorbeelden van deze realistische stroming binnen het politiefilmgenre. En toch is het ook een film die je niet in een vakje kan onderbrengen, omdat de fictie zo’n hoog werkelijkheidsgehalte heeft. ‘Les Misérables’ komt binnen als een mokerslag in je gezicht. En stemt ook tot nadenken. Bijvoorbeeld over de vraag hoe je in hemelsnaam zulke scheefgegroeide situaties in de banlieue moet aanpakken? Maar ook: waarom kunnen (of willen) we hier in Vlaanderen zo’n film niet maken?

Schrijf je in op onze nieuwsbrief

Wil je op de hoogte blijven van nieuws over het festival, de films en de filmmakers, en onze activiteiten doorheen het jaar?