De vlinder tilt de kat op (The Butterfly Lifts the Cat Up)

Vanaf hun prille jeugd trekken David, Anton en Linda met elkaar op. Ze ruziën, stoeien en hollen pestend achter elkaar aan. Ruim twintig jaar later, in de herfst van 1980, gaan Linda en David, een zichtbaar verliefd jong stel dat optimistisch de toekomst tegemoet ziet, samenwonen. Twee jaar later springt David, opgewekt en atletisch als altijd, uit het busje van Weever Bouwmaatschappij dat hem bij het station afzet. Hij zwaait naar zijn collega's en rent naar zijn trein. Op het perron aangekomen ziet hij dat de trein vertrekkensklaar is. Hij zet zich af voor een eindsprint, verstijft, trekt een grimas en ziet, niet in staat om vooruit te komen, zijn trein wegrijden. Een geluidloze schreeuw is zijn enige reactie. Dit incident is het begin van een ziekte die zich na talloze medische onderzoeken openbaart als multiple sclerose. David trekt na lang piekeren zijn conclusies. Hij pakt zijn bergbeklimmersuitrusting bij elkaar, schrijft een kort afscheidsbriefje aan Linda en vertrekt ... Langzaam maar zeker levert hij steeds meer lichaamsfuncties in. Zijn broer Anton, de enige die een beetje op hem past, heeft echter ook een gezin en een job waardoor David heel veel tijd heeft om zich te wentelen in zelfbeklag.