Andrej Roebljov was een iconenschilder die in de 15e eeuw leefde. Bij Tarkovsky wordt hij een Christus-achtige figuur die staat voor het lijden van een verscheurd Rusland, een getormenteerde visionair die zich als gevolg van de gruwelen van zijn tijd, jarenlang in stilzwijgen hult, om uiteindelijk de wil tot spreken en schilderen terug te vinden. De briljantste coup in de film is het verhaal van een jongen die zijn eigen leven redt door te beweren dat hij weet hoe hij een reusachtige klok moet gieten - om tot de ontdekking te komen dat hij het nog kan ook Dit blinde geloof van de jongen geeft Roebljov weer vertrouwen in zichzelf, wat tot een vlammende climax leidt een montage in kleur van details uit Roebljovs overgebleven iconen. Tarkovsky schreef het script voor de film in 1962, een periode van liberalisering in de Sovjetunie. Het scenario werd door de overheid aanvaard. Toen de film in 1964 voltooid werd was het tijdperk van Chroetsjov en daarmee ook de periode van openheid voorbij. De overheid kwam tot de ontdekking dat ze met een 'gevaarlijke' film opgescheept zat. Er werden coupures geëist. Tarkovsky weigerde aanvankelijk, maar liet uiteindelijk toch 14 minuten verwijderen. Deze standaardversie werd in 1969 in Cannes vertoond en er bekroond. Inmiddels bleef de film tot in 1971 in de USSR verboden. Historici beschouwen hem als één van de belangrijkste na-oorlogse Russische films.
Image gallery


Generiek
Andrei Tarkovsky
Vyacheslav Ovchinnikov
Anatoliy Solonitsyn, Ivan Lapikov, Nikolay Grinko
Andrei Tarkovsky, Andrey Konchalovskiy
Vadim Yusov
Tatyana Egorycheva
Tamara Ogorodnikova
Meer informatie
Tataars, Russisch, Italiaans
Rusland
1966