Filmarchivaris Grace Winter stelt revelerende documentaire voor

P1bsicq8dr18if85ojhk1u47r6r1
Verdieping 16 okt 2017
Grace Winter kent iets van film. Ze heeft met Progrès Films twintig jaar voor de arthouse films gevochten en ze ook verdeeld. Met ‘Le marquis de Wavrin, du manoir à la jungle’ levert ze samen met Luc Pontier haar eerste film af.

Als en volleerd regisseur zet Grace Winter de toeschouwer op het verkeerde been. Zelden bij een eerste aanblik zo’n excentriek en bijna weerzinwekkend personage gezien als de markies de Wavrin. Hij jaagt gepassioneerd op dieren en schiet niets ontziend op noten stelende kinderen. Krijg dan maar eens sympathie voor zo iemand. En toch slaagt Grace Winter in haar opzet: laten zien van waar de markies komt om des te meer te appreciëren wie hij wordt. Of om het met woorden van zijn tijd te zeggen die wij natuurlijk niet meer kunnen gebruiken: “comment un barbare devient civilisé au contact avec les sauvages”.

Markies Robert de Wavrin werd op 29 augustus 1888 in Bottelaere geboren en groeide op in een kasteel in Ronsele (nu Zomergem). In 1913 moet hij wegens het schieten op noten stelende kinderen voor het gerecht verschijnen en wordt hij veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf. Hij vlucht evenwel naar Zuid-Amerika en is in Paraguay als de eerste wereldoorlog uitbreekt. In 1917 keert hij terug naar Europa en meldt zich als oorlogsvrijwilliger. Na de oorlog herneemt hij zijn avontuurlijke expedities in Zuid-Amerika. De Franse productiemaatschappij Gaumont bezorgt hem een camera en zo groeit de Wavrin uit tot een pionier van de gefilmde etnografie. Hij ontdekt en filmt verschillende tot dan onbekende en inmiddels soms uitgestorven bevolkingsgroepen en legt hun gewoontes en rituelen vast. Zijn tweede film ‘Au pays du scalp’ uit 1931 betekent, met beelden van de recent ontdekte stad Machu Picchu en het Tzantza-koppensnellersritueel van de Shuar, zijn internationale doorbraak. Hij draaide in totaal vier films en schreef, naast talloze artikels, een twintigtal boeken. Grace Winter las ze allemaal.

Hoe omschrijft u het levensparcours van de Wavrin?

Hij is een man die, terwijl hij onder de indianen leeft, van verwondering naar bewondering evolueert. Hij is gefascineerd door de manier waarop de indianen in de natuur wonen, hoe ze zich aan die natuur hebben aangepast, hoe ze alles gebruiken van wat die natuur hen aanbiedt en hoe ze daar hun weg in vinden. Door hen ontdekt hij de oorspronkelijke onschuld van de natuur. Wat hem niet meteen tot een Jean-Jacques Rousseau-achtig personage maakt.

Het leven van de indianen is trouwens allesbehalve paradijselijk. Er zijn voortdurend oorlogen en het beeld van de “bon sauvage” deelt hij niet. Tussen hem en de indianen is er een soort van bewondering en respect. Zij zien hem niet als een dollarmachine, in de jungle is er trouwens geen geld, maar als iemand die af en toe een dier doodt zodat ze kunnen eten of als iemand die hen aan machetes helpt. Er is bij hem een soort van generositeit en er wordt geen wederdienst gevraagd.

Volmaakt is de Wavrin daarbij niet, want hij liegt pertinent als hij beweert dat hij er altijd van droomde om naar Zuid-Amerika te reizen terwijl hij in feite op de vlucht is voor het gerecht. Zijn positieve houding geldt bovendien alleen maar tegenover de indianen, met het gros van de bevolking, de gemengde volkeren, had hij niet zo’n goede relatie. Tenzij een van ergernis en onbegrip.

Markies de Wavrin is zowel cineast als wetenschapper. In welke rol is hij het belangrijkst?

Zijn filmisch werk is pionierswerk en daarin ligt zijn groot belang. Hij bracht ongeziene beelden mee van zijn reizen en legde volkeren en rituelen vast die we anders misschien nooit zouden kennen. Om hem een wetenschapper te noemen, moet je eerst dat begrip goed aflijnen. de Wavrin is iemand die beschrijft zonder daarbij naar de diepte te gaan. Hij noteert zeden en gewoontes maar hij heeft geen diepgaande analyse gemaakt van de wijze waarop die indianenmaatschappij in mekaar steekt. Hij levert wel basismateriaal waarmee antropologen aan de slag kunnen. Zijn boeken steken bijvoorbeeld vol illustraties en door hem gemaakte tekeningen van allerlei voorwerpen. Hij legt uit wat ze ermee doen. Op een ander vlak noteert hij de opvattingen van verschillende stammen over god of over hekserij maar een samenhangende studie is het niet. Wel interessant materiaal voor antropologen.

…of voor een boek?

Ik hoop stiekem dat de film markies de Wavrin uit de totale vergetelheid zal terughalen. Hij verdient een boek waarin alle andere minder visuele aspecten uit zijn leven aan bod komen. Aan het British Museum bijvoorbeeld bezorgde hij tientallen geologisch waardevolle stenen en voor het Musée de l’Homme in Parijs lijstte hij het vocabularium van verschillende volkeren op. Steentjes en woorden in een film visualiseren levert echter geen spannende cinema op.

Wat moeten we onthouden over uw tien jaar “samenleven” met de markies?

Markies de Wavrin was een vriend van de indianen en hij was op dat vlak zijn tijd ver vooruit. Ik vind het bijzonder dat iemand in de jaren dertig in volle kolonialistische tijd het heeft over de indianen als zijn vrienden. Ik vind dat een moderne, cultuur-relativistische houding. Hij is van oordeel dat wij westerlingen niet de norm zijn, dat alles wat in de wereld gebeurt niet aan onze opvattingen moet worden getoetst of afgemeten. Hij keek zonder vooroordelen naar de wereld.

Was hij dan anders dan de etnologen uit zijn tijd?

Inderdaad. Zijn collega’s brachten het exotisme, datgene wat anders is dan wij, naar voor. Zij benadrukten de verschillen. Het exotische opzoeken is voor mij een vorm van koloniaal denken. Ik maak van hem echter geen heilige want hij is niet helemaal vrij van dat soort denken.

'Le Marquis de Wavrin, du manoir à la jungle' is te zien op dinsdag 17/10 om 20u in Kinepolis als double bill met de Wavrins film 'Au pays du scalp'. 'Le Marquis de Wavrin' is ook nog te zien op 18/10 om 9u30 in Kinepolis omkaderd als UGent Ochtendsessie.

Tags

FFG2017