Emotionele Berlinale eindigt met politieke coda
Je kon er donder op zeggen dat er controverse zou zijn op de Berlinale. Niet alleen wegens het al dan niet uitnodigen van extreemrechtse politici van de Alternative für Deutschland (AfD) maar ook wegens de voor velen te uitgesproken Duitse steun voor Israël bij het conflict in Gaza. Er was bovendien wrevel omdat er vorig jaar proportioneel meer aandacht was voor Oekraïne dan dit jaar voor Gaza. Een en ander werd af en toe geventileerd maar stormachtig ging het er zelden of nooit aan toe. Tot na de slotavond dus. De Palestijnse sjaal van regisseur Ben Russell, het eisen van een wapenstilstand en het vragen om een verbod om wapens aan Israël te leveren triggerden woedende reacties onder meer van de Israëlische ambassadeur in Berlijn. De Berlinale was "beschadigd."
Een reactie van het festival bleef niet uit. Er werd een klacht ingediend tegen onbekenden voor het hacken van het Instagramaccount van de Panoramasectie en zakelijk leidster Mariette Rissenbeek benadrukte dat de Berlinale alle eenzijdige stellingnames in verband met de oorlog in het Midden-Oosten afwees. Maar ook dat het Berlinale platform afwijkende meningen in een dialoog tolereert zolang die op hun beurt niet discrimineren. Haat en discriminatie horen er niet thuis en de Berlinale is bereid om, samen met andere politieke en sociale instellingen, te onderzoeken en ideeën uit te wisselen over hoe men best omgaat met het in Duitsland extreem moeilijk liggend thema (met name kritiek op Israël). De nog zes maanden langer blijvende Mariette Rissenbeek mag het eerst zelf gaan uitleggen bij minister voor cultuur Claudia Roth (Groen), de “broodheer” van de Berlinale.
Teruggeven
De ironie van het lot wil dat de Berlinale jury onder leiding van actrice en Oscarwinnares Lupita Nyong’o met haar bekroning van Dahomey een ander heikel en actueel discussiepunt onder de aandacht brengt. Mati Diop heeft het immers over het teruggeven van roofkunst aan het land van herkomst. Concreet gaat het om door de Fransen in 1892 geroofde kunst die van Parijs terug naar Benin (het vroegere Dahomey) wordt overgevlogen. We zien hoe beelden in kisten worden ingepakt en horen de stem van het beeld Nr.26. Zo komen we te weten hoe het voelt om van zijn roots afgesneden te zijn. Eenmaal in de hoofdstad van Benin worden de kunstvoorwerpen er tentoongesteld en van die expo gaat het naar de universiteit van Abomey-Calavi waar studenten debatteren over de teruggave van de beelden. De ene is erdoor ontroerd, de andere vraagt zich af waar de 7.000 andere gestolen artefacten zijn gebleven of welke politiek motieven er schuilgaan achter de deal tussen Frankrijk en Benin. Dahomey is een vrij korte, creatieve documentaire waarin Mati Diop de grenzen van het genre doorbreekt. Ze typeert haar film als een fantasy documentary.
Minimaal
Met de Grote Prijs van de jury voor A Traveller’s Needs zullen de fans van de Hong Sang-soo meer dan opgetogen zijn. Veelfilmer Hong Sang-soo, die op weinig festivals ontbreekt, toont een Isabelle Huppert die in Seoul is beland en er blijkbaar als vertaalster probeert te overleven. De regisseur registreert enkele gesprekken met Zuid-Koreanen en we vernemen dat ze introk bij Inguk die zijn moeder daar wel niet van de hoogte bracht. Als zijn moeder aanbelt, is er dan ook paniek. Hong Sang-soo is een meester in het brengen van een minimalistisch verhaal. Ook dit keer is er nauwelijks sprake van een scenario. Maar daar zullen zijn talrijke fans het wellicht niet mee eens zijn. Voor hen is alles wat de meester doet van goudwaarde en als hij een film als In Water onscherp in beeld brengt dan is dat geen gebrek maar een kwaliteit. Bij A Traveller’s Needs kan er wel af en toe een glimlach af maar de film valt wel erg dunnetjes uit. Op zoek naar vergelijkingen kom je wellicht bij Eric Rohmer uit maar wat wist die man diepgang in een kleinood te steken. Na de film ging in Berlijn het verbruik van makgeolli, een typisch Koreaanse melkkleurige licht mousserende rijstwijn, wel spectaculair de hoogte in. Zien drinken doet drinken.
Dromerig
A Traveller’s Need behoorde tot de reeks minimalistische, intieme persoonlijke films op de Berlinale waar grootse verhalen uitbleven. De openingsfilm van de Berlinale, Small Little Things Like These van Tim Mielants, zette die trend in. Kolenhandelaar Bill Furlong ziet toevallig hoe een jonge vrouw tegen haar zin in een klooster wordt binnengeduwd. Hij weet zich geen houding te geven en houdt het voorval voor zichzelf. Maar het laat hem niet los. Temeer omdat hij aan een dramatische gebeurtenis in zijn jeugd moet terugdenken. Haalt hij daaruit de kracht om een volgende keer wel op te treden, wetende wat er in het klooster gaande is? Acteurs Cillian Murphy en Matt Damon liggen aan de basis van de film en haalden Tim Mielants aan boord als regisseur. Hij levert meteen zijn beste film af en de bijdrage van cameraman Frank van den Eeden draagt bij tot dat succes. Cillian Murphy neemt de hoofdrol voor zijn rekening en wandelt ingetogen en dromerig door de film. De meer pittige rol van de moederoverste van een zogenaamd Magdalena klooster, wordt vertolkt door Emily Watson en zij kreeg de Zilveren Beer voor beste vertolking in een bijrol.
Verschillend
Zoals bekend zijn de acteerprijzen op de Berlinale genderneutraal en het toeval wil dat de prijzen netjes man-vrouw verdeeld waren. Beste bijrol voor een vrouw en beste hoofdrol voor een man, in casu Sebastian Stan in A Different Man van Aaron Schimberg, de enige VS-bijdrage in de competitie. Het hoofdpersonage uit de film heet Edward en hij lijdt aan neurofibromatose, een ziekte die gezwellen op de zenuwbanen in zijn aangezicht veroorzaakt. Edward woont in een appartementsblok in New York en wordt verliefd op zijn buurvrouw Ingrid die het wil maken als toneelschrijfster. Om van zijn misvormd gezicht af te geraken volgt Edward experimentele therapie. Die kent succes maar meteen komt het geplande toneelstuk over zijn leven in gevaar. Maskers zijn wellicht een oplossing tot er een acteur opdaagt die echt neurofibromatose heeft. Zal hij dan maar de rol van Edward over nemen? Hij weet immers het best hoe die ziekte aanvoelt. Regisseur Schimberg lijkt schatplichtig aan Woody Allen als hij het hippe acteurs- en schrijversmilieu in New York in beeld brengt. Aan plotwendingen is er evenmin gebrek en Sebastian Stan trekt goed zijn streng als Edward maar de regisseur kreeg toch de vraag waarom een gezond acteur de rol van een zieke moest spelen. De aan neurofibromatose lijdende acteur Adam Pearson had volgens sommigen eerder aan de bak moeten komen in de film. En gerust een vertolkingsprijs mogen krijgen.
Trommel
L’Empire, de nieuwe film van de interessante Franse cineast Bruno Dumont, kende meer bijval bij de jury dan bij de critici want ze gaf de film haar juryprijs. Zoals veelal gebruikelijk situeert Dumont zijn film in het Noorden van Frankrijk waar zich een soort Star Wars afspeelt. De zoveelste strijd tussen goed en kwaad gecentreerd rondom een baby en toekomstige koning Margat. Ridders op boerenpaarden draven over landwegen, kathedralen en kastelen vragen om je aandacht en een gigantisch kapelvormig ruimteschip daalt op aarde neer. L’Empire bestaat uit elementen van vorige films of tv-series van Bruno Dumont. Hij brengt ze samen in een gigantische sciencefiction trommel maar krijgt die niet aan de gang. De vlam slaat nooit in de pan.
De andere Franse festivalbijdrage Hors du temps van Olivier Assayas hoort ook thuis bij de persoonlijke, intieme Berlinale films. Assayas, bekend van onder meer Clouds of Sils Maria en Personal Shopper situeert zijn jongste film tijdens de eerste lockdown van 2020. Twee broers, een muziekjournalist en een filmregisseur, brengen die samen met hun nieuwe partners door in het ouderlijk huis waar het verleden opnieuw tot leven komt. Mooie kleuren en een luchtige toon moeten voor frisse toetsen zorgen maar Assayas slaagt niet in zijn opdracht. Zijn originaliteit is zoek en hij viel naast de prijzen.
Drie uur sterven
Gelukkig was er steviger kost. Sterben van de Duitse regisseur Mathias Glasner behoort tot de sterkste films van de voorbije Berlinale. Voor de vertoning zette iedereen zich schrap want er wachtte een film van drie uur over sterven. Uiteindelijk was dat nergens voor nodig want de film is vernuftig geconstrueerd in verschillende hoofdstukken die telkens weer nieuwe elementen aanbrengen in een beklemmend drama dat toch vol humor en gekte steekt. Het eerste deel van Sterben gaat over Lissy Lunies die voor haar dementerende man moet zorgen maar zelf aan het einde van haar krachten is. Dan verschijnt haar zoon Tom op het toneel. Hij is een dirigent en werkt aan de uitvoering van het werk Sterben gecomponeerd door zijn beste vriend Bernard. Die twijfelt aan zijn eigen kunnen en maakt het leven van anderen tot een hel. Bovendien is hij zwaar depressief. Daarna is het de beurt aan Ellen, de zus van Tom. Zij is tandartsassistente die alleen maar functioneert als ze zwaar gedronken heeft. Het door elkaar halen van de hoofdstukken levert een wervelwind van verhalen op die ontroeren, afstoten, boeien, je doen gieren van het lachen, je stil maken, doen nadenken of confronterend zijn. Een ijzige dialoog tussen Tom en zijn moeder na de dood van man en vader Gerd is onvergetelijk. Matthias Glasner draagt de film op aan zijn familie, zowel de levenden als de doden. Hij schreef zelf het scenario en kreeg er een Zilveren Beer voor.
Onbekend
De Zilveren Beer voor een uitzonderlijke artistieke bijdrage ging naar Martin Gschlacht voor het camerawerk in Des Teufels Bad (The Devil’s Bath) van Veronika Franz & Severin Fiala. Hun op historische kronieken gebaseerde film gaat over Agnes, een pasgetrouwde vrouw die ongelukkig is in haar huwelijk en ten prooi valt aan depressies. Ze wil zelfmoord plegen maar dan gaat ze regelrecht naar de hel. Daarom begaat ze eerst een gruwelijke misdaad waarvoor ze vergiffenis kan vragen vooraleer voor haar wereldlijke en goddelijke rechter te verschijnen. Een stukje onbekende Europese geschiedenis claimen de maaksters want er zijn een vierhonderdtal zo’n gevallen bekend. Niemand betreurt dat deze film op het palmares staat.
Leegloop
Diezelfde unanimiteit is er niet voor de regieprijs voor de Dominicaanse regisseur Nelson Carlos De Los Santas Arias en zijn film Pepe. Het hoofdpersonage is een nijlpaard dat zichzelf Pepe noemt en we zijn getuigen van zijn avonturen in een drietal landen. Onder andere Zuid-Afrika. Pepe is dan ook meertalig en hij is op een bepaald moment verbaasd dat hij geen oevers meer ziet. Hij zit op volle zee en gaat nieuwe avonturen tegemoet. De ideeën, de invallen, de zijsprongetjes van de regisseur zijn nauwelijks bij te houden en slechts in het laatste uur van de film komt er wat orde in de chaos. Dan was de perszaal al voor driekwart leeggelopen bij dit filmessay dat voortdurend uit je handen lijkt te glippen.
Ordonnanties
De Berlinale schuwde het experiment niet. Niet in de competitie noch in nevensecties. Slechts een voorbeeld uit het Forum. In Ihre Ergebenste Fraulein (Uw toegewijde jonkvrouw) citeert Eva C. Helman ordonnanties in verband met bedelarij, joden en Roma voor de stad Dillenburg die door de prins van Oranje in de tweede helft van de achttiende eeuw werden uitgevaardigd. Ze vergelijkt die met hedendaagse toestanden in die stad. Daarnaast vertelt ze hoe juffrouw Dörrien indertijd haar seksegenoten adviseerde hoe ze zichzelf konden perfectioneren en hun tijd zinvol doorbrengen. Een bloemrijk filmessay.
Uitschieter
Daartegenover kon je de documentaires plaatsen die veelal de oorlogs- en andere gruwel in beeld brachten. Absolute uitschieter daarbij was No Other Land van Basel Adra, Hamdan Ballal, Yuval Abraham, Rachel Szor, een Israëlisch-Palestijns collectief dat zich verzet tegen de Israëlische nederzettingenpolitiek. No Other Land kreeg de prijs voor de beste documentaire op de Berlinale en werd door de directie als voorbeeld gegeven van een mogelijkheid tot dialoog tussen verschillende groepen als Palestijnen en Israëliërs. Bij het in ontvangst nemen van de prijs had de Israëlische regisseur Abraham het over de vormen van apartheid in zijn land en pleitte hij voor een wapenstilstand. Het leverde hem doodsbedreigingen op en zijn familie wordt geïntimideerd. Zelf durft hij voorlopig niet naar Israël terugkeren. Aan deze heel verscheiden en emotionele Berlinale bewaart onze Anthony Schatteman dan toch betere herinneringen want zijn debuutfilm Young Hearts kreeg een speciale vermelding van de jury in de Generation sectie. Het succes in de zaal was overdonderend.
Tijdperk
Met deze 74ste editie komt het tijdperk van de Doppelspitze Mariette Rissenbeek en artistiek directeur Carlo Chatrian tot een einde. Ze hadden het niet onder de markt met onder meer problemen in verband met het naziverleden van voorganger Alfred Bauer en de coronaperikelen. Ze rekenen het tot hun verdienste dat ze de Berlinale erdoorheen hebben geloodst. Chatrian kan terugblikken op zijn sectie Encounters waarmee hij de Berlinale een meer filmische injectie gaf. Het duo wordt opgevolgd door Tricia Tuttle die de jongste jaren aan de leiding stond van het Londense filmfestival. Zij komt over van een publieksfestival naar een dat, dit jaar wel uitzonderlijk, politiek gekleurd is. Benieuwd.
Raf Butstraen
Met decennia filmgeschiedenis op de teller is voormalig filmcriticus Raf Butstraen de geknipte man om het laatste filmnieuws te fileren voor Film Fest Gent.