09 20 okt. '24

Chaplin's Charlot 100 jaar

P18rp2ub251ttmhqk7fgq6j1ckb1
30 jun. 2014
Film Fest Gent viert in het Chaplin-jaar 2014 het honderdjarig bestaan van de Zwerver met uitzonderlijke vertoningen van twee van de grote klassiekers van Charles Spencer Chaplin: 'The Circus' en 'The Gold Rush'.

Op 26 oktober krijgt het net afgelopen festival nog een extra filmmuziek-event met een familie filmconcert waarbij de stille klassieker The Circus (1928) wordt vertoond met live muziek gecomponeerd door Chaplin. De film zal in Kuipke Gent begeleid worden door een live orkets onder leiding van Music Director Dirk Brossé.

Dirk Brossé: “Een stille film begeleiden is altijd zeer spannend. Soms voel ik me een koorddanser die ineens naar beneden kijkt, in dit geval soms bijna letterlijk. De muziek die Chaplin componeerde is meeslepend en doeltreffend. Ze walst van grap naar serieux en schertst van lach naar traan. En zoals vaak is de melancholie nooit ver weg.“

In het kader van de Werelddag van Verzet tegen Armoede wordt in samenwerking met OCMW Gent op 17 oktober in de Gentse Stadshal 'The Gold Rush' (1925) vertoond. Elk jaar slaan verschillende organisaties in Gent de handen in elkaar om op deze dag hulde te brengen aan de slachtoffers van armoede, uitsluiting en geweld aan de Steen van de Mensenrechten op het Sint-Pietersplein. Daarnaast vinden er ook andere activiteiten plaats onder de stadshal aan het Emile Braunplein.

Chaplin’s The Circus presented by Proximus en met de steun van de Universiteit Gent vindt plaats op zondag 26 oktober in Kuipke Gent om 15:00.

Tickets aan €15 (standaard) en €12 (kinderen onder 12 jaar) en zijn te koop via deze link.

Patrick Duynslaegher, artistiek directeur Film Fest Gent: "De reden waarom Charles Chaplin dit jaar uitvoerig wordt gevierd, geeft meteen ook aan waar hij zijn wereldwijde en onsterfelijke roem aan dankt: 2014 is geen herdenking van zijn geboortejaar (1889) noch van het jaar van zijn overlijden (1977), wel van het jaar waarin hij het personage van Charlot (de Zwerver) creëerde."

Chaplin was een matig bekende Britse vaudevillester toen hij in januari 1914 een contract tekende om in een aantal slapstickfilmpjes te spelen van de Amerikaanse productie maatschappij Keystone Film Company van Mack Sennett. Uiteindelijk zou hij in twaalf maanden tijd voor Sennett in 35 kortfilms en één lange film optreden. Hij verscheen in de kortfilm 'Kids Auto Races at Venice, Cal'. voor het eerst in de gedaante die hem wereldberoemd zou maken, als The Tramp, de Zwerver die ook een gentleman is, een dichter en een dromer, een eenzame die altijd hoopt op wat romantiek en avontuur.

Het beroemdste filmpersonage uit de geschiedenis is niet het resultaat van een zorgvuldige planning maar werd door Chaplin veeleer toevallig ter plekke bedacht. Sennett had voor een nieuwe klucht een paar gags nodig, zei dat Chaplin zich maar als komiek moest schminken, het maakte hem niet uit hoe. ‘Ik had geen flauw idee hoe ik me zou grimeren en kleden,’ schreef Chaplin in zijn autobiografie. ‘Maar op weg naar de rekwisiteur besloot ik maar te verschijnen in een slobberbroek, een te nauw jasje, grote schoenen, een wandelstokje en een bolhoed. Ik wilde dat alles in mijn verschijning scherp tegen elkaar zou afsteken: de broek moest slobberen, de jas moest nauw zijn, de hoed te klein en de schoenen veel te groot. Ik twijfelde nog of ik er oud of jong moest uitzien, maar ik herinnerde me dat Sennett van me verwachtte dat ik een oudere man zou voorstellen en besloot derhalve me van een klein snorretje te voorzien, dat, zo redeneerde ik, mij een ouder voorkomen zou geven, zonder mijn gelaatsuitdrukking te veranderen. Het karakter van het mannetje was me nog niet geheel duidelijk. Nauwelijks was ik echter gekleed, of de kleren en de grime deden me voelen wie hij was. Ik begon hem al te kennen en op het ogenblik dat ik de studio binnenkwam, was zijn geboorte een feit. Toen ik tegenover Sennett stond, begon ik het mannetje uit te beelden en zwaaiend met mijn wandelstok voor hem heen en weer te paraderen. Allerlei grappen en komische invallen joegen me door het hoofd.’ Sennett stond te schudden van het lachen, tijdens het repeteren verzamelde zich een hele menigte rond Chaplin, één groot lachend publiek. ‘Laten we hopen dat ze in de bioscoop ook zo zullen lachen,’ zei Chaplin terwijl hij zijn best deed zijn enthousiasme te onderdrukken.

Het zwerversplunje kwam makkelijker dan het personage dat eronder zit: de eerste Charlot was nog niet de lieflijke Little Tramp, maar een vervelende onruststoker met een drankprobleem. Zo lang Mack Sennett de pretfilmpjes regisseerde, primeerde de brutale, asociale kant van het personage. Pas toen de vierentwintigjarige Chaplin, amper vier maanden nadat hij zijn eerste stappen in de filmwereld had gezet, zelf aan het regisseren sloeg, verloor de Zwerver zijn agressieve kantjes en kreeg hij zijn welbekende ontroerende humane dimensie. The Tramp uit 1915 is het filmpje waarin Chaplin zijn gehavende zwerver heeft getransformeerd en verfijnd tot het iconisch personage waarmee hij voor eeuwig zal geassocieerd blijven. Chaplin die intussen overgestapt was naar de Essanay studio, was nu een superster, vroeg alsmaar hogere honoraria voor zijn films en werd meervoudig miljonair. De Zwerver werd de meest herkenbare figuur uit de filmgeschiedenis. ‘In de hele wereld zouden meer mensen zijn achterkant herkennen dan om het even wiens gezicht,’ schreef Time magazine.

THE GOLD RUSH (1925)
Van Charles Chaplin, met Charles Chaplin, Georgia Hale, Mack Swain, Tom Murray. VS (72 min.)
'The Gold Rush' is wellicht de meest geliefde film van Charlie Chaplin. De zwerver Charlot is ditmaal een armoedzaaier in Alaska, waar hij anno 1898 de goudkoorts te pakken krijgt maar in het onherbergzame en ondergesneeuwde Klondike nauwelijks kan overleven. In een wereld vol meedogenloze brutaliteit bewaart de little fellow echter zijn galante menselijke waardigheid. Hij wordt verliefd op een danseresje (Georgia Hale) en eindigt na veel tegenslag toch maar als miljonair. Slapstick en pathos gaan onmerkbaar in elkaar over, alhoewel het cynisme van de finale scène verrassend blijft.
Chaplin ging eerst zijn film op locatie draaien in Nevada, maar uiteindelijk gooide hij dit materiaal weg en nam hij alles opnieuw op in de Hollywoodstudio’s.
'The Gold Rush' is de film waarin Chaplins pantomimekunst de perfectie bereikt. ‘Als Chaplin in de dansscène zijn rug naar de camera draait, is hij expressiever met zijn schouders dan veel acteurs met hun ogen en lippen,’ schreef zijn biograaf Theodore Huff. Het is ook de film waarin hij weergaloos dolle slapstick en psychologische finesse weet te combineren en waarin tragiek en komedie niet afwisselen maar naadloos in elkaar vloeien: de grappigste scènes zijn tegelijk ook de meest aandoenlijke.
Zoals de klassieke scène waarin een uitgehongerde Charlot een zware bergschoen verorbert. Zuinig likt hij met opgeheven pink een voor een de spijkers af, alsof het om de fijnste delicatesse gaat. De veters verorbert hij als spaghetti. In een delirium is zijn evenzeer uitgehongerde partner er intussen van overtuigd dat de zwerver een kip is en wil hij hem oppeuzelen. Misschien wel het beste voorbeeld van hoe Chaplin uit taferelen van ontbering onvergetelijke gags weet te puren.
Andere hilarische juweeltjes: de ook technisch virtuoze suspensescène waarin een huisje op de rand van een klif balanceert; de prachtige choreografie met messen en broodjes, waarin Chaplin zijn kunst demonstreert om leven te geven aan roerloze objecten.
‘Als er een film is waarvoor ik herinnerd wil worden, laat het dan deze zijn,’ zei Chaplin over dit meesterwerk.
(P.D.)

THE CIRCUS (1928)
Van Charles Chaplin, met Charles Chaplin, Merna Kennedy, Allan Garcia, Harry Crocker. VS (69 min.)
Chaplin speelt in zijn laatste integraal zwijgende film een zwerver die op de vlucht slaat voor de politie, per ongeluk een circusvertoning verstoort en dermate op de piste het publiek vermaakt dat hij meteen wordt aangeworven als clown. Hij wordt verliefd op de paardrijdster maar zijn koorddansende rivaal zorgt ervoor dat hij de bons krijgt.
'The Circus' is Chaplins meest poëtische en minst uitbundig komische film. De taferelen die in het geheugen blijven hangen zijn triest, bitter en melancholisch. De scène waarin Charlot slechte clowns imiteert, kondigt reeds 'Limelight' (1952) aan, Chaplins grote tragedie over een clown die het publiek niet langer weet te vermaken, een angst die trouwens door zijn hele oeuvre spookt.
Chaplin, die rust nodig had om zich op zijn werk te kunnen concentreren, draaide deze prent terwijl hij in een pijnlijke echtscheidingszaak verwikkeld was en een zenuwinzinking kreeg. Het werd wellicht ook daarom zijn eerste film die de meer sombere aspecten van zijn kunst laat doorschemeren. Wat helemaal niet wil zeggen dat het 'The Circus' zou ontbreken aan komische pareltjes, zoals daar zijn: Charlot die tijdens het koorddansen belaagd wordt door apen die zijn broek doen afzakken; zijn desoriënterende vlucht in het spiegelpaleis; de zwerver die een goochel act in ’t honderd stuurt.
(P.D.)

Schrijf je in op onze nieuwsbrief

Wil je op de hoogte blijven van nieuws over het festival, de films en de filmmakers, en onze activiteiten doorheen het jaar?