Chikamatsu en Bunraku zijn twee begrippen die eerst enige uitleg nodig hebben voor aleer iets te vertellen over de unieke film die SONEZAKE SHINJU van Midori Kurisaki is. Monzaemon Chikamatsu is de auteur van vele klassieke Japanse toneelstukken en burgerlijke historische drama’s. Hij leefde van 1653 tot 1724. SONEZAKI SHINJU dateert uit 1703 en is veruit zijn meest bekende en populairste stuk. Het is ook het eerste “shinjumono” ofte toneelstukken van de dubbele zelfmoord. De film van Kenji Mizoguchi CHIKAMATSU MONOGATARI (‘54) (verhalen van Chikamatsu), bij ons beter bekend als “Les amantes crucifiés” is gebaseerd op één van de “shinjumono”-spelen: de film “Double Suicide” (“69) van Masashiro Shinoda eveneens.
Bunraku is één van de drie klassieke vormen van het Japans toneel, naast Kabuki en Noh. Bunraku toneel wordt gespeeld door poppen van ongeveer ⅓ van de menselijke grootte, die bespeeld worden door drie marionettenspelers. De vorm ontstond in de XVIe eeuw, en was ten tijde van Chikamatsu nog in volle evolutie en al zeer geliefd. Nu is het Bunraku theater nog slechts in grote of klassieke steden te bewonderen. Het genre heeft ook een specifieke klankbegeleiding: de joruri; het muziekinstrument os de samisen, de zanger heet gidayu. Kineaste Midori Kurisaki begon als aktrice o.a. Bij Tenosuke Kinugasa, draaide een kortfilm KUROKAMI en deze Bunraku film is haar eerste langspeelfilm.
Hoe het toneelstuk eindigt, weet je al, met een dubbele zelfmoord. SONEZAKI SHINJU verhaalt ons de rumoerige en de gedwarsboomde liefdes van een jonge koopman Tokubei - en een “courtisane” - Ohatsu. Hij heeft zijn fortuin verloren, nodig om met Ohatsu te trouwen; het is zijn stiefmoeder die het geld heeft meegenomen. Hij gaat deze opzoeken te Kyoto, maar op de terugweg eist een oude vriend - Kuheiji - de som op. Thuis teruggekomen gaat Tokubei Kuheiji opzoeken, maar nu beweert deze de som niet te hebben gekregen, en gaat zelf Tokubei beschuldigen van vervalsing en bedrog. In een fameuse scène in het bordeel, tracht Ohatsu te ontsnappen aan de lastercampagne van Kuheiji en de zijnen, dit terwijl Tokubei -verborgen- getuige is van de scène en ondervindt dat Ohatsu hem oprecht en volledig toegewijd is. Voor hen beide is de dubbele zelfmoord de eerlijkste en grootse manier om te “verdwijnen”. En dan komt de tweede grandiose passage: hun laatste tocht in het woud van Sonezaki, en bij het plechtmatig klokkengelui van een naburige tempel, bij een opkomende zon, beëindigen zij hun kort en droevig leven. Het resultaat van Midori Kurisaki’s werk is prachtig, oogstrelend; zij werd ook uitstekend geholpen door Kazuo Miyagawa, die films van Ozu, Ichikawa, Kurosawa en de laatste films van Mizoguchi fotografeerde. Het gebruik van natuurlijke dekors, het maskeren van de poppenspelers, dragen bij tot een intimistische visie van het Bunraku, waardoor de poppen echt schijnen te leven, en schenken en nog intensievere, tragische kracht aan dit noodlotsdrama. (JMDV)
Image gallery
Generiek
Midori Kurisaki
Midori Kurisaki
Kazuo Miyagawa
Toshio Taniguchi
Meer informatie
Japans
Japan
Monzaemon Chikamatsu
1980