09 20 okt. '24

Clint Eastwood, de regisseur die het vertikt om op veilig te spelen

Richard jewell
Nieuws 14 jan. 2020
Clint Eastwood - dit jaar 90! - zet met ‘Richard Jewell' - zijn 39ste film! - zijn reflectie verder over wat iemand tot een held maakt en hoe de samenleving daarmee omgaat.

- Klik hier voor vertoningsdata, locaties en tickets.

Wat je ook denkt over Clint Eastwood - zowel de filmster als de regisseur zijn altijd controversieel geweest - vriend en vijand zijn het over één ding roerend eens: Eastwoods carrière is de meest fenomenale uit de geschiedenis van de Amerikaanse cinema.

Dankzij zijn televisiewerk, vooral dankzij de cowboyreeks 'Rawhide', was hij al een ster van in de jaren ’50 van vorige eeuw. In de jaren ‘60 brak hij internationaal door met 'The Man with No Name'-trilogie van Sergio Leone. Wat betekent dat de acteur-regisseur die dit jaar in mei negentig wordt, nu al zijn achtste decennium van supersterstatus ingaat. Zijn zwaar gegroefde granieten kop is intussen even iconisch als een van de presidentskoppen van Mount Rushmore.

Elk jaar een film

Vanaf 1971 begon Eastwood ook te regisseren en draaide hij elk jaar minstens één film, al dan niet met zichzelf in de hoofdrol. Dat betekent dat 'Richard Jewell' al zijn 39ste film is als regisseur. Wie doet het hem na? In een ‘industrie’ (zoals de Amerikanen het filmbedrijf graag noemen) die vaak vluchtig is en waarin zelfs de echte carrières hooguit een dozijn jaren duren, is Eastwood dé grote, spectaculaire uitzondering.

Zeker, zijn carrière is er een met evenveel diepe dalen en mislukkingen als hoogtepunten en successen. Maar wat vooral opvalt, is dat Eastwood het vaak vertikte om als regisseur (en zelfs als acteur) op veilig te spelen. Weinig commerciële filmmakers namen zo veel risico’s. Natuurlijk waren alle vervolgen van 'Dirty Harry' (1971) een paar sequels te veel. En gingen zijn pogingen om personages te spelen die niet echt in zijn bereik lagen, zoals zijn John Huston-imitatie in 'White Hunter, Black Heart' (1990) soms de mist in. Ook de broeierige, excentrieke 'Deep South' in 'Midnight in the Garden of Good and Evil' (1997) bleek een wereldje waarin Eastwood (dit keer louter als regisseur) zich niet echt thuisvoelde.

Imago om te ondergraven

Wie zijn werk overloopt, ontdekt ook een man en een kunstenaar met meer contradicties dan zowel zijn pro- als contrabrigades lief is. Ondanks zijn dubieuze politieke opinies (hij steunde Bush en viel Obama aan, nvdr.) nam hij in zijn films feministische en antiracistische standpunten in. Met 'Flags of Our Fathers/Letters from Iwo Jima' (2006), zijn tweeluik over de oorlog in de Stille Zuidzee, bekeek hij beide kanten van het gewapend conflict. Met de Charlie Parker biografie 'Bird' (1988) maakte hij een van de zeldzame authentieke en niet neerbuigende films over een jazzlegende, jazz zijnde het Amerikaanse muzikale genre bij uitstek waar Hollywood het altijd moeilijk mee had.

Twee zaken maken zijn loopbaan en oeuvre extra fascinerend. Ten eerste ondermijnde hij al heel snel zelf zijn imago, waar hij via zijn productiemaatschappij Malpaso absolute controle over uitoefende. Al vanaf zijn regiedebuut 'Play Misty for Me' (1971) was hij niet de machoheld maar de kwetsbare disc jockey die het slachtoffer wordt van een geobsedeerde vrouwelijke fan. In het burgeroorlogdrama 'The Beguiled' (1971) van Don Siegel, zijn tweede mentor na Leone (en beide regisseurs zijn meesters in Scope-composities, wat ook het favoriete langwerpige beeldformaat is van regisseur Eastwood) lag hij bijna een hele film lang zwaargewond aan zijn bed gekluisterd, de actieve held tot immobiliteit gedwongen en later zelfs door amputatie symbolisch gecastreerd. In 'Tightrope' (1984, nominaal geregisseerd door Richard Tuggle al is het vrij duidelijk dat Eastwood achter het stuurwiel zat) werd gesuggereerd dat de politieman die hij speelde zelf wel de psycho killer met sadomasochistische trekjes zou kunnen zijn op wie hij jacht maakt.

Toen ik Eastwood in 1988 interviewde zei hij daarover laconiek: "Ik vond het interessant om mijn eigen imago te ondergraven en zal dat trouwens blijven doen. Al moet je nu niet verwachten dat ik meteen de rol van een travestiet ga spelen."

Geweld

In 'A Perfect World' (1993) ging Eastwood, die in de jaren ’70 nog voor fascist werd versleten, voor de gretigheid waarmee hij zijn ‘Dirty’ Harry Callahan personage neerzette - de smeris die zelf het recht in handen neemt - op zoek naar de wortels van het geweld. En in zijn Oscarwinnend, van spijt doordrongen meesterwerk 'Unforgiven' (1992) veroordeelde hij het geweld waarvan hij zelf jarenlang de verpersoonlijking was. In de Dennis Lehane adaptatie 'Mystic River' (2003) demonstreerde hij hoe reëel geweld, anders dan filmgeweld, zowel daders als slachtoffers tot het diepste van hun ziel aantast.

Wat ons op een tweede dimensie in zijn werk brengt: parallel met deze subversieve kijk op zijn eigen mythe en persona, ging Eastwood hoe langer hoe meer in zijn films reflecteren over de figuur van de held en de notie van heldendom. Wat maakt iemand tot held? En hoe gaat de maatschappij om met heldendom?

Vooral de laatste jaren voert hij protagonisten op die door toeval, soms tegen hun zin, tot heroïsme gedwongen worden. Zo zijn er de jonge soldaten uit 'Flags of our Fathers' die bij hun thuiskomst als helden worden onthaald, maar vooral gebruikt worden in een reclamecampagne om de oorlogsmachine draaiende te houden. Of zo is er de uitgerangeerde boksercoach die in 'Million Dollar Baby' (2004) de jonge vrouw die hij trainde, na een fataal ongeval uit haar lijden moet verlossen. "One of the great American chronicles of redemption," schreef Paul Schrader, die erover kan meespreken).

Of denk ook aan de racistische veteraan uit de Korea-oorlog die in 'Gran Torino' (2008) zijn leven geeft om een Aziatische buurjongen uit een spiraal van geweld te redden. Of de door Tom Hanks gespeelde Amerikaanse piloot die in 'Sully' (2016) zijn beschadigd vliegtuig veilig een noodlanding laat maken op de Hudson rivier, daarbij 155 levens redt, maar door de bureaucraten van de luchtvaart- en verzekeringsmaatschappij voor de rechter wordt gesleept. Tot slot zijn er ook de jonge Amerikanen die in het waargebeurde 'The 15:17 to Paris' (2018) op een TGV een terroristenaanslag verijdelen.

Richard Jewell

En nu weer is er in het op feiten gebaseerde 'Richard Jewell' de gewone Amerikaan, de banale door Hollywood vergeten en door Trump opgeviste Amerikaan uit fly-over country, die tot fantastische dingen in staat blijkt, al wordt dit hem niet door iedereen in dank afgenomen.

De titelheld is een zwaarlijvige veiligheidsagent die nog bij zijn moeder woont en tijdens de Olympische Zomerspelen van 1996 in Atlanta wellicht honderden levens redt door het publiek weg te lokken van de plek waar hij een bompakket detecteerde. Kenschetsend voor de gedesillusioneerde Eastwood is dat dit spontaan heroïsme in twijfel wordt getrokken nadat de media zich vragen stellen over zijn gedrag. Minder belangrijk dan het vrij karikaturaal voorgestelde door de media gevoerde proces, is de notie dat een man, gemarginaliseerd door zijn fysiek, zijn afkomst, zijn familiale situatie en zijn soms rare gewoontes, zelf het slachtoffer wordt van vooroordelen, intolerantie en onwetendheid. Van de ene dag op de andere is hij held af, krijgt hij de FBI op zijn dak en wordt hij er ten onrechte van beschuldigd zelf de bom gelegd te hebben om als held te worden onthaald.

Dat Eastwood al veertig films regisseerde, is met 'Richard Jewell' duidelijk te zien. Voor zijn critici regisseert hij op automatische piloot, voor zijn fans oogt de film zo moeiteloos in beeld gezet dat het lijkt alsof Eastwood hem zomaar uit zijn mouw schudde. Met de jaren ontwikkelde Eastwood een mise-en-scène die zo fluïde is dat elke zachte camerabeweging en cut vanzelfsprekend is, volledig in dienst staat van de karakterstudie en de sterke vertolkingen. De voor beste vrouwelijke bijrol genomineerde Kathy Bates mag van mij over enkele weken gerust het beeldje winnen met haar vertolking van Jewells moeder, die honderd procent achter haar zoon blijft staan. Ook de toch wat onderschatte Sam Rockwell is prima als Jewells advocaat. Maar het is vooral de onbekende hoofdrolspeler Paul Walter Hauser die een doorleefde vertolking brengt als een volwassen man die even naïef als immatuur is, maar ook een groot hart heeft en daar het slachtoffer van wordt. In de ogen van de onwrikbare federale agent (Jon Hamm), die alles volgens het boekje doet, levert Jewell zelf de bewijzen van zijn schuld. De enige in het acteursensemble die uit de toon valt, is Olivia Wilde als de journaliste die met de FBI-man naar bed gaat in ruil voor een tip en zo nadrukkelijk een bitch is dat ze meer in een 'Dirty Harry' avontuur thuishoort.

De zelfreflectie van Eastwood in combinatie met het in vraag stellen van zijn eigen mythe maakt dat zijn werk minder aansluit bij de genre-tradities van de grote klassieke Hollywoodregisseurs als John Ford, Raoul Walsh en Howard Hawks dan zijn classicistische stijl suggereert. De manier waarop hij zichzelf en zijn filmische alter ego’s contempleert, zonder evenwel in narcisme te vervallen, maakt hem tot een unieke figuur binnen de Amerikaanse commerciële cinema en het star-system.

Schrijf je in op onze nieuwsbrief

Wil je op de hoogte blijven van nieuws over het festival, de films en de filmmakers, en onze activiteiten doorheen het jaar?