Valsi petsjoratse (The Pechora Waltz)

De actie speelt zich af in 1937, tijdens de donkerste periode in de geschiedenis van de Sovjetunie. De film ontwikkelt zich via twee parallelle verhaallijnen. Het eerste verhaal gaat over een zogenaamde 'vrouw van een vijand van het volk', Nina, die verbannen werd naar het noorden van Rusland. Geen enkel kamp wil de menigte van vrouwelijke gevangenen aanvaarden: de kampen zitten al overvol en de vrouwen hebben geen waarde als werkkrachten. En zo blijven de vrouwen onderweg: ze reizen per trein, per schip, te voet. Ze bevriezen van de kou. Het lijkt wel een weg naar de eeuwigheid. In het andere verhaal loopt de 13-jarige Anne weg uit het weeshuis, waar ze was toegewezen na de arrestatie van haar ouders. Ze komt terug thuis, opent de deur en treft een vreemdeling aan in het appartement: de KGB-officier Savle. Hij ontfermt zich over het kind en veroordeelt zich daarmee tot de dood. Op een dag wordt hij gearresteerd - verraden door een buur - en het meisje vindt zich eens te meer verlaten. De hele film baadt in een sfeer van humanistische pathos. 't Maakt niet uit hoezeer de mens de speelbal is van het absurde spel van de tirannie, zijn ziel kan nooit vernietigd worden.